In het Begijnhof zie je hoe de nonnen leven en hun geloof belijden op bijna dezelfde manier als dat eeuwen geleden al gebeurde. De naam Begijnhof (of Béguinage) verwijst naar de kleine gebouwen die door begijnen (nonnen) worden gebruikt. In België vind je meerdere begijnhoven, maar het Begijnhof in Brugge is een van de fraaiste. De gemeenschap van de begijnen is een zusterschap dat in de dertiende eeuw is opgericht. Veel vrouwen sloten zich bij de orde aan wegens de grote sterfte onder de mannelijke bevolking van België als gevolg van oorlogen. De vrouwen kregen dikwijls steun van rijke weldoeners.
De nonnen die je tegenwoordig ziet in het Begijnhof in Brugge, zijn geen begijnen maar benedictinessen. Zij wonen hier sinds 1937.
Je treedt het Begijnhof binnen via de brug aan de noordkant van het Minnewaterpark. De gravin van Vlaanderen heeft het hof gesticht in 1245. De meeste huizen in het complex stammen uit de zeventiende en achttiende eeuw, en sommigen zelfs uit de vijftiende eeuw. Bewonder de witte woningen, de geplaveide straten, de ouderwetse lantaarnpalen en het eenvoudige groene parkje. Als je in de lente komt, zie je de narcissen bloeien in het gras.
De kerk die er nu staat, is aan het begin van de zeventiende eeuw herbouwd, nadat de oorspronkelijke kerk afbrandde in 1584. De versieringen in barokstijl zijn later aangebracht. 's Middags kun je genieten van de betoverende klank van de vespers die de zusters zingen. Binnen in het begijnhuis bevindt zich een interessant museum. In het grootste, opvallendste gebouw woonde vroeger de hoofdzuster, de 'grootjuffrouw'.
Het Begijnhof bevindt zich ten noordwesten van het Minnewaterpark. Aangezien dit kleine bezienswaardigheden zijn, kun je deze het beste op dezelfde dag bezichtigen. Het Begijnhof is gratis toegankelijk. Je wordt geacht de privacy en rust van de bewoners te respecteren. Er geldt een kleine entreeprijs voor het begijnhuis, dat zeer de moeite waard is. In het Begijnhof zit ook een winkeltje, waar je authentieke cadeaus en souvenirs kunt kopen.